Dit dossier gaat over het zogenaamde ‘beleidsbeïnvloedende burgerinitiatief’, ofwel een soort van petitie waarin burgers de overheid vragen om iets te doen (of te laten). Dit staat naast het ‘zelfredzame burgerinitiatief’, de term die wel wordt gebruikt voor initiatieven van burgers die zelf bijvoorbeeld een buurtcentrum of ideële lokale zorgvoorziening starten, of een speeltuin runnen. Meer over zelfredzame burgerinitiatieven vind je in ons Dossier Buurtrechten.

Wat zijn burgerinitiatieven?

Een burgerinitiatief is de afgelopen decennia door een grote meerderheid van de gemeenten, in een aantal provincies, op nationaal niveau en zelfs op EU-niveau ingevoerd. Het burgerinitiatief geeft het recht aan burgers om een verzoek op de agenda van een gemeenteraad, provinciale staten of Tweede Kamer te zetten, als zij aan enkele regels voldoen, zoals de inzameling van een bepaald aantal handtekeningen (40.000 op nationaal niveau). Op Europees niveau kunnen 1 miljoen burgers de Europese Commissie vragen om een wetsvoorstel op de Europese agenda te zetten.

Een burgerinitiatief lijkt op een petitie. Het verschil is dat aan een petitie geen enkele eis wordt gesteld, maar deze ook geen enkel recht aan burgers geeft. Een petitie is voor politici gemakkelijker te negeren dan een burgerinitiatief.

Het burgerinitiatief is in feite ook de eerste stap van het volksinitiatief. Historisch heeft dit ook zo gewerkt. Een volksinitiatief eindigt echter in een referendum waarbij de burgers besluiten over het burgervoorstel terwijl bij het burgerinitiatief de politici beslissen. In Nederland hebben slechts drie gemeenten het volksinitiatief mogelijk gemaakt: Amsterdam, Nijmegen en Oosterhout.

Het nationaal burgerinitiatief

Het nationaal burgerinitiatief is in 2006 ingevoerd op initiatief van Niesco Dubbelboer, mede-initiatiefnemer van Meer Democratie en toenmalig Kamerlid. Het maakt mogelijk dat burgers een eigen onderwerp of voorstel in de Tweede Kamer inbrengen als zij daarvoor 40.000 handtekeningen inzamelen. Dat mag ook via een website. Als het burgerinitiatief aan de (helaas nog te stringente) regels voldoet, moet de Tweede Kamer debatteren en stemmen over het burgerinitiatief.

De spelregels

Een nationaal burgerinitiatief mag niet gaan over belastingen of de begroting, of in strijd zijn met de grondwet of de ‘goede zeden’. Belangrijker is de regel dat de Tweede Kamer in de afgelopen twee jaar geen besluit mag hebben genomen over het onderwerp van het burgerinitiatief. Dit levert veel problemen op, want in de loop van twee jaar neemt de Tweede Kamer besluiten over talloze onderwerpen. De meerderheid van de ingediende burgerinitiatieven struikelt dan ook op deze regel. Dat is doodzonde want het creëert frustratie en apathie bij burgers. Politici beloven hen medezeggenschap, laten hen 40.000 handtekeningen inzamelen en dan deponeren ze het resultaat in de prullenbak.

Meer Democratie is daarom een groot voorstander van verlaging van de drempels: een lagere handtekeningendrempel, geen uitgezonderde onderwerpen meer en vooral het schrappen of minimaliseren van de twee-jaars-regel.

Het nationaal burgerinitiatief is geregeld in het Reglement van Orde van de Tweede Kamer (art. 20 en 132a) en in het Reglement van de Commissie voor Verzoekschriften en Burgerinitiatieven (vooral art. 9a en 10)

Lokale spelregels

De spelregels op gemeentelijk en provinciaal niveau worden typisch geregeld in lokale verordeningen. Gemeenten en provincies zijn vrij om het burgerinitiatief al dan niet in te voeren, en welke spelregels ze hanteren.

Overige pagina’s in dit dossier

Externe links